
Marine ABC
Admiraal.
Opperbevelhebber van de oorlogsvloot. Het woord
is afkomstig uit het Arabisch, emir el mar, generaal ter zee. Tijdens
de kruistochten is het in de scheepstaal overgenomen. Bij onze
marine kent men den admiraalsrang niet meer, omdat deze rang
sedert 1813 aan den Koning is voorbehouden. De hoogste rang is
thans die van vice-admiraal. De marineman spreekt den vice-admiraal
aan met admiraal; in correspondentie gebruiken zij echter :
excellentie. Burgers gebruiken steeds : excellentie. Zijn viag is in
het spraakgebruik de admiraalsvlag: de Nederlandsche vlag met
drie witte sterren in de roode baan bij de broeking.
Als de vice-admiraal of de schout-bij-nacht niet in de stealing
(zijn commandement) is, dan voert de oudst-aanwezend zee-of ficier
een standaard (Ned. viag met een hoek er uit) aan den seinwipper,
dus niet in den top van den mast. Is de commandant van een eskader
kapitein ter zee-divisie-commandant, dan wordt dezelfde standaard
in den top van den mast geheschen.
Admiraal, vice-admiraal en schout-bij-nacht zijn vlagofficieren.
Als zegswijze bij een reunie van oud-zee-officieren of als men gasten
aan boord heeft, zegt men nog wel: „de admiraal heeft geschoten":,
de gastheer heeft zijn glas geheven ten teeken dat de maaltijd begint.
Admiraalzeilen.
D.w.z. in admiraalschap zeilen, komt alleen nog
maar voor bij de zeilsport. Het is het gezamenlijk varen van jachten,
sloepen e.d., op één waarvan de leiding over den tocht geplaatst is.
Admiraalszwaai.
Met een sierlijke ruime bocht achter het
schip om, met een sloep (roeiende of zeilende) stuurboord aan boord komen.
Aeolus-feesten.
Sedert enkele jaren worden bij den marineluchtvaartdienst
Aeolus-feesten (Aeolus, de god van den wind)
gevierd, in den geest als de Neptunus-feesten. De god der winden
komt dan met een vliegtuig — gewoonlijk na de voltooiing van de opleiding van een groep vliegers — op het vliegkamp een bezoek
brengen en leidt de feestelijkheden in.
Afduwers.
Vrienden en bekenden van, de opvarenden, die een
vertrekkend schip in Oost-Indie uitgeleide doen, quasi helpen
duwen om het schip van den wal te krijgen en het een goede vaart naar Holland te geven.
Afgang.
Trapafgang; de trap naar kuildek, tusschendek e.d.
Men spreekt ook van afgang Commandant, de trap waarlangs
alleen de Commandant gaat; afgang officieren, de trap waarlangs
alleen de officieren gaan. Men spreekt aan boord zelden of nooit
van de trap naar doch altijd de afgang naar... De eenige trap
aan boord is de statie-trap, die aan stuurboord langs boord hangt.
Dat is de officieële trap voor den commandant, de officieren en
hooge gasten, als zij aan boord gaan. Aan bakboord was vroeger
geen trap doch een jacobsladder. Later — en tegenwoordig is dit
nog zoo — is aan bakboord ook een trap langs boord aangebracht
in denzelfden geest als de statietrap, doch eenvoudiger van uitvoering;
deze wordt valreeptrap genoemd.
![]() wordt vervolgd.. |


Geen opmerkingen :
Een reactie posten