hoofdstuk 3- Marineschetsen van 1860 tot 1900.
Alles huilt en giert om ons heen en door elkaar... en... Daar
komt de bui... Daar komt hij hoor !... Het dondert boven in de
lucht... Weerlicht... hagel, regen, sneeuw, alles tegelijk. Daar
heb je 'em ! Met een ratelend en donderend geluid valt de bui in
de zeilen. De „Tromp" haalt heelemaal over naar lij en ligt
dwars in de zee. Het water, de zeeën slaan heelemaal over
ons heen. „Over ! op je roer", huilt de ouwe, midden in het
lawaai van alles wat om ons is... Op je roer ... op, op, op, op
asjeblieft !"
Hij moet draaien... Vallen" noemen we dat... Van den wind af...
moet hij draaien. Daarom leggen we het roer te loevert op; aan de
windzij. — Dat noemen wij : het roer op leggen. Wij kijken
naar voren, naar den kop van de „Tromp..... Zal hij het
doen ?... zal hij draaien of niet ...?
Daar kraakt wat boven. Het is het groot tuig, de bramsteng buigt,
breekt... Het grootmarszeil scheurt... waait uit de lijken; waait
weg... Goddank !... Weg er mee, want nu... zie, achter waait de
boedel weg en vóór blijven de zeilen staan... en
dus nu... draait hij... daar gaat hij, hoor. . . Het schip richt
zich andermaal op en hij draait. . . hij draait... hoera ! Daar
gaat hij heen ! We gieren precies eventjes, om de buitenste
rotspunt heen. Vlak langs den rotsmuur... wij kijken er tegen
op... tegen den muur.
Boven op den rand staan menschen... We kunnen ze zien. Ze zijn
allemaal boven ons. Wij kijken er heelemaal tegen op ... We
zeilen er langs... vlak er onder langs. Langzamerhand zien we
straks al naar achteren, als we er naar kijken. De muur is al
achterlijker dan dwars. En nu, draait de „Tromp" nog verder
den hoek om... wij sturen ruim van den wind weg... en... Daar
gaan we... daar gaan we... hoera !... Het gevaar is voorbij !
Extra oorlam aan de klok ! en nog eens : hoera !"
Deze spannende reportage — ik schroom niet het te zeggen,
is nochtans zeer oppervlakkig gehouden; bijna alle details van
het leven en werken van de mannen aan boord en in het tuig in
stormweer en gevaarlijke manoeuvre ontbreken. Eerlijk... ik
prefereer de Jong uit 1784.
Werumeus Buning schreef zijn schetsen, die meer in het bijzonder
het personeel typeeren in de steer van het sentimenteele met een
lach en een traan, waarmede zoo omstreeks '80 de volksziel beroerd werd,
waarin wel over dezen of genen marineman geschreven werd, doch waardoor men
de marine niet leerde kennen.Hoogstens kan men zeggen, dat er in dien tijd wel
eenige van dit type marine-mannen aan boord werden aangetroffen.
Hij maakte er geen zoetelijke brave Jantjes van. Goddank neen !
Maar wel prentte hij in de harde koppen van het Nederlandsche
volk een matrozenfiguur, die — al is deze sedert bijna
veertig jaren ,geleidelijk aan vervangen door een geheel
geciviliseerd type —nog steeds in de verbeelding van het
Nederlandsche volk voortleeft. De Rooie, de Mottige, de Kromme,
Dronke Schulpie —deze laatste nu eens niet op de ,Tromp",
doch op de ,,Doggersbank" — en zooveel anderen.
Wordt vervolgd |
maandag 27 mei 2013
Schetsen en Humor 059
Abonneren op:
Reacties posten
(
Atom
)
Geen opmerkingen :
Een reactie posten