hoofdstuk 5 - BESLUIT.
In elk geval kloppen de namen van de reederijen zelden of nooit.
Ik moet toegeven, dat de namen die mijn vriend in zijn
zeemansverhalen neemt, het goed doen, zooals :
,,Johanna-Margaretha", „Vrouwe Maria”, ,,Zwerver",
,,Vijf Gebroeders", de ,,Goede Verwachting" en weet ik hoe nog meer.
Ja, van die koopvaardij en van die zeevaart in het algemeen is
nog wel eens wat aardigs te vertellen. Er is toch niemand die het
controleeren kan en fantasie van werkelijkheid te onderscheiden
weet. Het kan immers wel eens zoo gebeurd zijn en niemand die er
aan twijfelt, omdat men wel visscherslatijn, jagerslatijn, maar geen zeemanslatijn kent.
Waarom zou de vrouw van kapitein Van de Werven, die als
zeemansdochter beter navigeeren kon dan haar man, niet stiekum
— stow away's kent men immers alleen bij de zeevaart en
niet bij de marine — aan boord gekomen zijn en haar
eenzamen man op de brug zijn moeilijke uren hebben helpen
verlichten, als de tegenslagen op de eindelooze watervlakten, als
de stormen en de dreigende gevaren, mitsgaders gekanker onder de
crew, als een looden last den kapitein down maakten.
Kom met zoo'n verhaal nu eens als een marineschets ! Bovendien,
als je aan marineschetsen beginners wilt, moet je heel erg
voorzichtig zijn. Sam Blok had eens een onschuldig schetsje
-gepleegd- in het „Marine Weekblad", een marinekrantje
waarin alle overplaatsingen en vele andere bijzonderheden, de
marine betreffende, werden opgenomen. Dat krantje verscheen in
1934 en was na ruim twee jaar alweer ter ziele.
Enfin, Sam Blok schetste. Aldus : „Op Hr. Ms.
pantserkruiser „Kangean" loeide de claxon. Nog wel die van
„man over boord". „Stiekum laten luiden", dacht de
matroos, die op de brug het tolkompas wat opknapte;
„stiekum laten luiden", dacht ook de man die juist de
tafels gereed maakte voor de ,makan".
En de arme drenkeling dan ? Ja, dat zit zóó : de
„Kangean" lag in het droge dok te Soerabaia. Als je van de
groote hoogte van het schip buiten boord keek, zag je niet de
zilte golfjes ,om de boeg kabbelen", maar doodprozaïsch de
beméniede en be-ratjepéde vloer van het droogdok.
En dat was a] zoo sinds enkele weken.
Iedereen leefde in vol besef hiervan, omdat het huizen in een
droogdok allerminst tot de genoeglijkheden des levens behoort.
En dus reageerde letterlijk geen sterveling op het loeien van de
claxon. En nog eens klonk het schorre geluid; even hooger, even
lager, naar gelang de behandelende electroman de stelschroef draaide.
"Ziezoo, die is fijn in orde voor den tijd dat ie weer eens
noodig is", verklaarde de monteur aan zijn helper, „dus
hier zijn we mee klaar." Maar dat bleek mis gezien te zijn. Want
op het geluid was een andere functionaris komen afzetten.
Begon zijn onderzoek bij de drukknop, waar de assistent van den
electroman nog steeds gereed stond om opnieuw ,,op 'z'n knopje te
drukken..." „Wie geeft jou 't recht om
„man-overboord" te seinen." Ik heb orders van den majoor,
om telkens als hij wenkt, op deze knop te drukken !"
„Majoor wie geeft jou het recht om..” „Het was
geen oogenblik de bedoeling om te seinen, meneer, maar wij hebben
de installatie eenig onderhoud gegeven en probeeren nu het geluid..."
Weet u, lezer, wat een „robot" is. Dat is een mechanische
mensch... een pracht vinding. Je stelt hem op ,,split",
golflengte zoo en zooveel en zonder aarzelen brengt hij een — koude —whisky-soda.
Je hebt je stopwatch vergeten op te winden en je stelt hem op
„time" en je krijgt den tijd op de minuut af. Mis je een
vierden man bij het bridgen... hindert niet ... hij callt
evengoed drie harten als een ander, wanneer u twee schoppen annonceert.
De functionaris, die op het geluid afkwam was zijn tijd verre
vooruit. Meende toch, dat er op Hr. Ms. ,Kangean" reeds robots
waren ingevoerd en verstrekt... „Bedoeling of niet, je gaf
sein, en dat zonder toestemming." -0, stellig meneer, maar het
schip ligt toch droog en dan kan er immers nooit sprake zijn van „man over boord"."
,,Mensch !... hersenlooze... wat had ik moeten beginnen indien nu
eens plotseling op dat geluid iedereen een reddingboei had gepakt
en overboord geworpen ? Dan zouden ze alle stuk gevallen zijn in
het dok !" Twee dagen nadat het „Marine Weekblad" met deze
schets verschenen was, werd den redacteur een wenk gegeven.
Wordt vervolgd.. |
vrijdag 12 juli 2013
Schetsen en Humor 139
Abonneren op:
Reacties posten
(
Atom
)
Geen opmerkingen :
Een reactie posten