maandag 1 mei 2017

Handboek 12

logo
blz 41 - 42
vervolg van blz 40 (Eerbewijzen)
Is de mindere ongewapend, dan wel met opgestoken sabel gewapend, dan doet hij, na gegroet te hebben en het rapport met de linkerhand te hebben overhandigd, 2 passen achterwaarts en wacht in de houding de bevelen af.
Na deze ontvangen te hebben, herhaalt hij het bevel, brengt den groet maakt rechtsomkeert en verwijdert zich.
Is hij met het geweer gewapend, dan houdt hij dit aan den schouder, reikt het rapport met de linkerhand over, doet 2 passen achterwaarts en wacht de bevelen af. Na die ontvangen te hebben. herhaalt hij deze, maakt rechtsomkeert en verwijdert zich.
Op een bewegend schip wordt het bovenstaande in acht genomen, voor zoover de omstandigheden zulks veroorloven.
Wanneer des morgens bij v l a g g e p a r a d e de vlag wordt geheschen, of wanneer die bij z o n s o n d e r g a n g wordt neergehaald, moet een ieder, die zich aan dek bevindt en niet op dat oogenblik onder eenig commando staat, front maken naar de vlag en den militairen groet brengen.
Zoodra de commandant aan boord van zijn onderhebbenden bodem in een afgesloten bewoonde ruimte komt, roept de daar aanwezige post, of indien daar geen post is, de schepeling, die hem het eerst bespeurt : "Orde", hetgeen bij aanwezigheid van een onderofficier van dienst door dezen herhaald wordt, alle daar alle aanwezige personen staan op, plaatsen zich terzijde en brengen de groet, front makende naar den commandant. Gedurende den tijd van schaften en van theewater drinken, blijven zij echter aan de bakken zitten, doch bewaren het stilzwijgen.
Komt de commandant aan dek, dan brengen alle daar aanwezige personen den militairen groet en wordt de zijde van het dek waar de commandant zich bevindt, open en vrij gelaten, tenzij dit niet kan geschieden uit hoofde van manoeuvres, exercitien of andere werkzaamheden.
vervolg op blz 42 - 43 in de rechterkolom
blz 42 - 43
Een ieder, die over de valreep binnenboord, of van het benedenschip aan dek komt, brengt den militairen groet voor de vlag.
Wanneer militairen onder geleide staan, wordt alleen door den geleider of bij een troep, door den troepen-commandant gegroet.
Wanneer troepen elkander ontmoeten, wijken zij zoo noodig rechts uit.
Ontmoet de troep een anderen met vaandel of standaard of een militaire begrafenisstoet, dan wordt op commando het hoofd links gedraaid.
Hetzelfde eerbewijs wordt gedaan bij het ontmoeten van een vlagofficier of van den commandant van het schip, waartoe troep behoort.
De commandant van een stilstaanden troep doet bij nadering van een meerdere met den rang van officier de houding geeft acht" met het geweer aan den schouder aannemen en groet.
Heeft de meerdere den rang van sergeant of hooger, dan wordt de houding, "geeft acht" aangenomen. Is de troep ongewapend, dan wordt op overeenkomstige wijze gehandeld.
Indien een troep uiteen is gegaan om to rusten, bezig is met werkzaamheden, enz, wordt alleen door den commandant gegroet.
Gedurende het spelen van het "Wien Neerlandsch Bloed" of het "Wilhelmus" bij officieele gelegenheden, ook bij vlaggeparade, nemen alle niet in eenig militair verband aanwezige militairen de houding aan en maken front naar de muziek.
Binnenshuis wordt het hoofd ontbloot, terwijl in de open lucht het hoofd gedekt wordt gehouden en de militaire groet wordt gebracht tot het lied ten einde is.
Op overdekte plaatsen buitenshuis wordt als regel het hoofd gedekt gehouden en de militaire groet gebracht, ontbloot echter de hoogste of de oudste in rang het hoofd, dan wordt dit voorbeeld door alle aanwezige militairen gevolgd.
vervolg op bladzijde 44

Geen opmerkingen :